BOUW ZELF EEN TELESCOOP
DEEL 9: MECHANISCH. INLEIDING + HOOFDSPIEGEL

Philippe Mollet

Inleiding

Nu het optisch gedeelte afgehandeld is, wordt het tijd om rond deze "stukken glas" een telescoop te bouwen.

Vanuit optisch standpunt was er een grote keus: men kon opteren voor een lenzenkijker of één van de vele soorten spiegeltelescopen. In deze artikelreeks werd geopteerd voor de meest voor de hand liggende soort, namelijk de newtonkijker.

Ook mechanisch is er heel wat keus.

Voor de
montering:
- een azimutale montering (m.a.w. één die enkel links/ rechts, onder/boven beweegt, zoals de dobson)
- of een parallactische montering (m.a.w. met één as parallel aan de aardas, dus 51° gekanteld in België).

Binnen beide types is er dan nog eens een uitgebreide keus. Zo kan men bij een parallactische montering opteren voor een klassieke Duitse montering, een hoefijzer, een juk, een vork, een split-ring,....
Hiervoor verwijs ik graag door naar de MIRA-publicatie "Telescopen en hun gebruik" (250 fr + verzendingskosten).
Voor de eenvoud opteren we hier voor een dobson-montering.

Voor de eigenlijke
kijker is er keus uit een solide buis (PVC, hardkarton, hout,...), een houten doos of een zogenaamde "Serrurier-truss" (lattenstructuur).

Algemeen


Als montering bouwen we een dobson-type. Deze is niet alleen het makkelijkst te bouwen (geen kogellagers, geen metaalbewerking, geen draaibank nodig,...), maar is ook verweg het soepelst in gebruik. Er moeten immers geen assen los- of vastgezet worden (dus geen verdoken knopjes zoeken in het donker), er kan niets geforceerd worden, de montering moet niet polair opgesteld worden,...

Het nadeel eraan is natuurlijk dat het geheel niet kan gemotoriseerd worden om de beweging van de hemel te volgen (tenzij het geheel computergestuurd wordt).

Voor de
buis hebben we de keus tussen een massieve buis en een truss-tube-systeem. Dat laatste is eigenlijk een soort latwerk dat bovenkant (vangspiegel, scherpstelling, zoeker,...) en onderkant van de kijker (hoofdspiegel) verbindt, zodat heel wat gewicht bespaard wordt.
Tot en met 200 mm spiegeldia

meter is er eigenlijk geen nood aan de complexere truss-tube, dus hier kan men zeker opteren voor een massieve buis. Vanaf 250 mm wordt dit laatste al wat zwaar, en vanaf 300 mm loont het de moeite om het extra werk aan deze "lattenstructuur" te overwegen.

Kijkerbuis

PVC:
Voor kijkers tot 200 of zelfs 250 mm diameter is de allergemakkelijkste oplossing het gebruik van een PVC-buis. Deze zijn immers makkelijk te vinden (voor de grotere moet men misschien wel naar een sanitair-speciaalzaak trekken), relatief goedkoop, en redelijk stevig.
Nadeel:
- PVC heeft een grote uitzettingscoëfficient. En aangezien de temperatuur 's nachts nogal durft te zakken, betekent dit dat de lengte van de buis langzaam zal wijzigen, zodat er regelmatig terug moet scherpgesteld worden.
Hardkarton:

Bij grotere spiegeldiameters zal het zwaartepunt van de kijker steeds lager komen te vallen, omdat vooral het gewicht van de spiegel sterk toeneemt.

Daardoor wordt de "schommeldoos" relatief lager, en neemt dus nauwelijks meer plaats in dan bij een kleinere kijker.

40

MIRA-pagina

Volgende pagina--startpagina--vorige pagina

Bouw zelf een telescoop